Totaalprijs beleggen

Beleggers hebben nog steeds geen inzage in de kosten van beleggen. Dit moet anders, vindt de AFM. Aanbieders moeten straks alle kosten in één getal weergeven.

Het grootste deel van de kosten van beleggingsdienstverlening zijn ´moeilijk tot zeer moeilijk te achterhalen´. Bovendien zijn de kosten niet te vergelijken. Dit concludeert de Autoriteit Financiële Markten (AFM) in een onderzoek naar de kosten van beleggingsdiensten.


Kosten niet transparant

Bij alle drie de vormen van beleggingsdienstverlening - execution only (zelf beleggen), advies (samen beleggen) en beheer (laten beleggen) – schiet de kostentransparantie ernstig tekort. Moeilijk te achterhalen kosten zijn onder andere het bewaarloon, de kosten voor het uitkeren van dividend, prestatievergoedingen en de transactiekosten die beleggingsfondsen maken bij het kopen en verkopen van effecten.

De AFM stelt dat gebrek aan inzicht in de kosten een groot probleem is. ‘Voor een belegger zijn kosten heel belangrijk: hoe hoger de kosten zijn, hoe lager het rendement op lange termijn is’. Bovendien betekent het gebrek aan transparantie dat beleggers geen ‘goede prijs/kwaliteitsvergelijking tussen aanbieders en bedieningsconcepten kunnen maken’ waardoor zij mogelijk verkeerde keuzes maken. Ze kiezen onbedoeld voor de verkeerde (lees: te dure) dienstverlening. Of ze kiezen voor beleggen terwijl sparen beter zou zijn. Dit laatste geldt vooral bij behoudende beleggers. Voorzichtig beleggen betekent een relatief laag rendement. Gaan er dan nog veel kosten vanaf dan blijft er zo weinig over dat sparen vaak meer oplevert.


Totaalprijs

De AFM wil een einde maken aan het gebrek aan transparantie over de kosten van beleggen. De AFM wil dat een totaalprijs (in het jargon: ‘Total Cost of Ownership’) wordt ingevoerd waarin alle directe en indirecte kosten in één cijfer worden uitgedrukt. Alle partijen moeten deze totaalprijs op dezelfde manier berekenen. Zodat beleggers in een oogopslag kunnen zien wat een bepaalde vorm van beleggen kost.

Het idee is dat de belegger van tevoren een ‘verwachte’ totaalprijs krijgt voorgelegd. En daarna periodiek wordt geïnformeerd over de daadwerkelijk gerealiseerde kosten. Als die verschillen, wat in de praktijk meestal het geval zal zijn, moet de dienstverlener uitleggen hoe dat komt.


Lobby

Dit is een prima voorstel van de AFM. Hoe sneller het wordt ingevoerd hoe beter. Er zijn nog wel wat problemen met de uitvoering. Hoe combineer je bijvoorbeeld eenmalige en jaarlijkse kosten in één cijfer? Maar daar zijn oplossingen voor te bedenken. Een groter risico is dat de AFM zegt de invoering van een totaalprijs niet te kunnen afdwingen. De sector zal dus moeten meewerken. Het is de vraag of dat gebeurt.

De Nederlandse Vereniging van Banken riep meteen al dat de focus niet eenzijdig op de kosten moet liggen. Een veeg teken. De kans is groot dat de sector met dit voorstel dezelfde tactiek toepast als bij het voorstel om provisies te verbieden bij het verlenen van beleggingsdiensten. Geruststellende woorden voor de buitenwereld maar achter de schermen furieus lobbyen om het af te zwakken of ongedaan te krijgen. De AFM moet maar snel de bevoegdheid krijgen om de totaalprijs wel zelf te kunnen invoeren.

Laatste nieuwsartikelen

Ios0068 Star 4 C1

Terugtreding voorzitter Raad van Toezicht

Na bijna vijf jaar treedt Frank Heemskerk terug als voorzitter van de Raad van Toezicht van Meesman Indexbeleggen. Zijn nieuwe functie bij ASML maakt dat hij niet langer de tijd en flexibiliteit in zijn agenda heeft om zijn rol als voorzitter van de Raad van Toezicht te kunnen blijven vervullen.

Ios0010 Pencil 5 C1

Wijziging prospectus Meesman fondsen

In verband met de aanpassing van ons fondsassortiment, hebben wij ons prospectus aangepast.

Ios0895 Contract 6 C3

De nieuwe pensioenwet per 1 juli 2023

Per 1 juli 2023 gaat de nieuwe pensioenwet in. Dat brengt voor iedereen veranderingen met zich mee. De vakbonden, werkgevers en overheid hebben er 15 jaar over gedaan om deze wet vorm te geven. Het belangrijkste doel van de nieuwe wetgeving is om het pensioengeld eerlijker over deelnemers van verschillende leeftijden te verdelen.